Oostelijke specerijstruik

Met een naam als oostelijke specerijstruik (Calycanthus floridus) vraag je jezelf natuurlijk af of er ook een westelijke variant is. Dat klopt en die heet de westelijke specerijstruik (Calycanthus occidentalis). De oostelijke specerijstruik is inheems in de oostelijke delen van de Verenigde Staten, terwijl zijn westelijke broertje groeit en bloeit in het uiterste westen in de staat California. Beide versies houden van warmte en zon, al kunnen ze ook opgroeien in een wat vochtige ondergrond.
De oostelijke specerijstruik kan in de juiste omstandigheden wel zo'n drie meter hoog worden. De ovaalvormige blaadjes zijn donkergroen met een wat fletsere onderkant. De bloemen van deze soort variëren wat in kleur: ze kunnen donkerrood, roodbruin tot roodpaars zijn wanneer ze besluiten te gaan bloeien. De opvallende bloem heeft vele bloemblaadjes. Ze geuren heerlijk en dat is dan ook mede de reden dat deze exotische struik ook in ons land wordt aangeboden om je tuin te verfraaien, al is hij in ons klimaat niet winterhard.

Het eerste deel van de wetenschappelijke naam, Calycanthus, is een combinatiewoord uit het Oudgrieks, waar kálux (κάλυξ) 'kelk' betekende en ánthos (ἄνθος) 'bloem'. Het beschrijft de vorm van de bloem. Het tweede deel, floridus, is met flōs ('bloem') van Latijnse herkomst. Je ziet: de naamgever vond de bloem zo mooi dat hij de soort naar de bloem vernoemde.

De bast van de oostelijke specerijstruik is eetbaar en de Indianen gebruikten die bast volgens de overlevering als vervanger van kaneel. Dat lijkt me een vergezocht verhaal, want hoe kun je iets vervangen als je niet weet dat het bestaat? Indianen wisten natuurlijk niet van het bestaan van kaneel af, want die specerij groeide in Azië, waar ze geen enkel contact mee hadden. Wat overblijft is dat we een bast hebben die achteraf ietwat naar kaneel blijkt te smaken en door een aantal stammen werd gebruikt als specerij. Van de bloemblaadjes werd ook een kruidenthee gezet. Zowel de wortel als de bast werken als een sterk braakmiddel en plasmiddel die zouden kunnen helpen bij aandoeningen aan de nieren en blaas. De wat slijmerige substantie in de takken en stam kan worden ingezet als een desinfectiemiddel.

Overigens zou ik persoonlijk maar kaneel blijven gebruiken en niet de bast van de oostelijke specerijstruik in je tuin gaan schrapen. Het blijkt namelijk dat de plant zich tegen vraat (en oogst) probeert te beschermen door de aanmaak van een alkaloïde met de naam calycanthine die bij menselijke consumptie kan leiden tot hartritmestoornissen. Dat is overigens geen wonder, want de chemische structuur van calycanthine lijkt op die van strychnine.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten