Guaveblad

De meeste mensen zullen de guave (Psidium guajava) slechts kennen als een wat duurder sap in een pak tropische vruchtensap. Je weet wel: zo'n pak met 95 procent appelsap en 0.5 procent aan prijzige exotische sapjes. Minder bekend is dat het blad ook enkele toepassingen heeft.
De gewone of citroenguave is een kleine boom in de familie der mirtes (Myrtaceae), waartoe uiteindelijk ook 'onze' gagel (Myrica gale) behoort. De guave was ooit slechts inheems in de oorden rond het Caraïbisch gebied. Hoewel enkele gerelateerde soorten ook guaves worden genoemd, behoren ze toch echt tot andere soorten of zelfs families. Een voorbeeld is de ananasguave (Feijoa sellowiana).

Men bleek het guavesap zo lekker te vinden dat de boom intussen wereldwijd in tropische gebieden wordt aangeplant. In 2019 werd in totaal zo'n 55 miljoen ton aan guaves geoogst, waarvan India grootste producent was met 45 procent.

Het fruit van de guave is botanisch gezien een bes. De afmetingen variëren van vier tot twaalf centimeter. Ze zijn gewoonlijk rond of ovaal, afhankelijk van de ondersoort. Ze hebben een typische geur die doet denken aan die van citroen, maar minder scherp. Het vruchtvlees kan zoet of zurig zijn en de kleur kan geelwit of roze zijn, ook weer afhankelijk van de ondersoort.

Het eerste deel van de wetenschappelijke naam, Psidium, is uiteindelijk terug te herleiden tot psélion (ψέλιον), wat 'armband' betekent. De reden: het lijkt sosm alsof de bovenzijde van de bes 'afgeknepen' is door een te strakke armband. Het tweede deel, guajava, lijkt te zijn geleend uit het Arawak, een deels uitgestorven Indiaanse taal, waar guayabo 'guaveboom' heeft betekend.

Van de gedroogde bladeren van de guava kun je ook een thee zetten. Alleen dat feit was voldoende voor diverse mensen om op internet hele websites vol te pennen over de gezondheidsvoordelen van dat blad. Zonder enige kennis van zaken schrijven ze dat het zou helpen bij diabetes, hart- en vaatziekten, kanker en parasitaire infecties. Behalve de ongrijpbare antioxidanten (eet voldoende groente om genoeg binnen te krijgen), zou het ook veel vitamine C (eet voldoende fruit om genoeg binnen te krijgen) bevatten.

Toch blijkt uit recent wetenschappelijk onderzoek dat een extract van guavebladeren wel degelijk een anti-parasitair effect heeft[1]. Dat is natuurlijk een zeer interessante uitkomst, omdat de boom vooral groeit in gebieden waar diverse parasitaire ziektes heersen. Denk aan malaria, waar diverse parasietensoorten uit de plasmodiumfamilie zo snel muteren dat geneesmiddelen snel waardeloos blijken. In tropische delen van Azië, Afrika en het Amerikaanse continent zou guavebladthee dus ingezet kunnen worden. Totdat de parasieten ook daartegen resistentie ontwikkelen.

[1] Phakeovilay et al: Antileishmanial Compounds Isolated from Psidium Guajava L. Using a Metabolomic Approach in Molecules – 2019. Zie hier.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten