Kapperappeltjes

Nog maar weinig mensen zullen gehoord hebben van kapperappeltjes, ook wel appelkappertjes genoemd. Al eerder hebben we hier over kappertjes gesproken, maar wat is de onderlinge verwantschap en wat is het verschil?
[Links: Kappertjes | Rechts: Kapperappeltjes]

Kappertjes zijn de onbevruchte bloemknoppen van de kappertjesplant (Capparis spinosa), die inheems is in zo'n beetje het hele Middellandse Zeegebied. Deze bloemknoppen moeten voor zonsopgang geplukt worden omdat ze ongeopend worden gebruikt in diverse Mediterrane keukens. De kappertjes worden nimmer gedroogd, maar direct na het plukken ingelegd in olijfolie, pekel of azijn. In enkele gevallen worden ze ingelegd in zout. In het algemeen wordt vastgehouden aan het idee dat hoe kleiner de kappertjes zijn, hoe waardevoller en smaakvoller ze zijn.

Maar als die bloemknoppen bevrucht worden, dan ontstaat er na verloop van tijd een bes. Dát is de kapperappel of appelkapper. Zelf meen ik dat de eerste variant de meest aanvaardbare is, want het is tenslotte een op een appeltje lijkende bes van de kapper.

Het eerste deel van de wetenschappelijke naam, Capparis, is wat obscuur. Ik geloof dat het afstamt van het Griekse woord kapto (κάπτω), dat 'bijten' betekent en de doornen van diverse soorten binnen het geslacht beschrijft. Het tweede deel, spinosa, is Latijns en betekent ook al 'doorn' of 'stekel'. Hoewel de kappertjesplant dus behoorlijk stekelig moet zijn geweest, heeft men die doornen in moderne cultivars laten verdwijnen.

Kapperappeltjes zijn vooral geliefd in diverse Spaanse regionale keukens en daar staan ze bekend als alcaparras de manzana. Kapperappeltjes zijn daar onmisbaar als onderdeel van diverse varianten tapas. Ook aan salades, vis- en kipgerechten geven kapperappeltjes een heerlijke nieuwe smaaksensatie.

Deze bijzondere lekkernij heeft een friszure smaak en een lekkere stevige bite. Perfect dus om je gerechten mee af te maken of als hapje bij de borrel. Je kunt kapperappeltjes namelijk ook zo in hun geheel eten, alleen moet je de steeltjes eerst wel even verwijderen. Maar dat moet je bij het eten van kersen ook, dus dat zal vast geen probleem zijn.

Zowel kappertjes als kapperappeltjes zijn van nature ietwat taai van structuur. Al heel vroeg in de geschiedenis hebben slimme bewoners van de Mediterrane contreien verzonnen dat je ze moet inmaken om ze zachter te maken. Dat inmaken gebeurt in een mengsel van water, azijn en zout. Daardoor zijn ook kapperappeltjes behoorlijk lang houdbaar.

In Nederland en België zijn kapperappeltjes nog onbekend bij het grootste deel van de bevolking, al kun je ze 'gewoon' in de webshop van Albert Heijn of Delhaize bestellen. Toch is het nog beter om ze bij je locale speciaalzaak te bestellen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten