Borstelkrans

Borstelkrans (Clinopodium vulgare) is een inheemse meerjarige plant. In ons land is de soort zo zeldzaam dat hij beschermd moet worden om zijn voortbestaan te verzekeren. Het is een middelhoge, grijsharige soort met uitlopers en meestal opstijgende bloeistengels. De tot een halve meter hoge plant bloeit in kransjes rondom de stengel met fraaie lilaroze bloemetjes. Borstelkrans komt, enige ondersoorten meegerekend, verspreid over het noordelijk halfrond in de gematigde streken voor. Hij houdt van kalkhoudende grond en een van de weinige plaatsen in ons land waar hij stand weet te houden is op het terrein van een oude kalksteenfabriek.
[Image: Jacopo Werther - Borstelkruid]

Het eerste deel van zijn wetenschappelijke naam, Clinopodium, is een combinatiewoord uit het Oudgrieks, waar klínē (κλίνη) 'bed' betekende en pódion (πόδιον) 'voetje' betekende. Samengeklonken is dat 'voetenbedje' en het verwijst naar de harige schutbladeren die een bankje voor de bloemen vormen. Het tweede deel, vulgare, is afgeleid uit het Latijns, waar vulgus in eerste instantie 'veelheid' en 'massa' betekende. Later verbreedde die betekenis zich naar 'groep (mensen)' en daarna werd het 'gewoon'. Denk aan het huidige Nederlandse woord 'vulgair'. De borstelkrans is dus de gewone en minst opvallende van zijn broertjes en zusjes.

In Engelstalige landen wordt de borstelkrans aangeduid met wild basil en het klopt dat deze soort thuishoort in de supergrote familie der Lamiaceae, waartoe ook andere geurige kruiden hun plekje hebben gekregen.

Omdat borstelkruid hier altijd zeldzaam is geweest wordt hij in ons land niet als keukenkruid gezien. De smaak van borstelkrans doet denken een subtiele combinatie van basilicum en tijm. In meer zuidelijke streken worden zowel de bloemen als de blaadjes gebruikt als kruidige smaakmakers. Zowel vers als gedroogd worden deze aan allerlei gerechten toegevoegd. Ook wordt er in het Middellandse Zeegebied een heerlijke kruidenthee van gezet. Die thee schijnt zelfs te helpen tegen wratten, aldus recent onderzoek[1]. Bovendien hebben de etherische oliën een antibacteriële werking, al is dat een mechanisme wat de meest familieleden van borstelkrans natuurlijk ook bezitten. Dat is dan ook de reden dat een aftreksel zou helpen bij het heelen van wonden: het zorgt dat een wond niet gaat ontsteken. De overlevering meldt verder dat het eten en drinken van deze plant een positieve invloed heeft op de spijsvertering en flatulentie (poepjes). In de Middeleeuwen werd de plant op de grond gestrooid. Als je er op liep kwam een heerlijk aroma vrij dat de kwalijke huiselijke geurtjes wat verdreef.

Verder is nog interessant dat de borstelkrans ooit werd gebruikt om een bruine of gele kleurstof uit te winnen.

[1] Dobrev: Treatment of numerous hand warts with Clinopodium vulgare tea in Wiener Medizinische Wochenschrift – 2021

Geen opmerkingen:

Een reactie posten