Davana

Davana (Artemisia pallens) is een aromatisch kruid binnen de Composietenfamilie (Asteraceae) en is een broertje van de ook in Nederland aanwezige Bijvoet (Artemisia vulgaris) en Absintalsem (Artemisia absinthium). Davana groeit als een klein struikje. Mensen, die meer geleerd hebben dan ik, noemen hem een xerofiet, wat niet meer (of minder) betekent dan dat hij zich heeft aangepast aan droge omstandigheden en met heel weinig water toch kan gedijen. Hij bloeit met talloze kleine gele bloempjes. Zoals vele ander soorten binnen de familie Artemis is het blad bedekt met witte haartjes, wat de hele plant een bijna zilverkleurige aanblik geeft.
Davana groeit voornamelijk in de zuidelijke staten van India. De soort heeft twee verschillende groeiwijzen: eentje die klein blijft en waarbij de bloei vroeg in het jaar begint en eentje die een stuk groter wordt en waarbij de bloei later in het jaar plaatsvindt. Het heeft te maken met een overlevingsstrategie, want in het begin van het jaar brengt de moesson nog geen neerslag.

Het eerste deel van zijn wetenschappelijke naam, Artemisia, heeft zijn naam te danken aan de Griekse godin Artemis, de godin van de jacht en beschermer van het bos en kinderen. Graven we dieper dan geloven taalwetenschappers dat de oervorm van de naam Artemis òf als artemes ('veilig') òf als artamos ('slager') kon worden geschreven. Dat weerspiegelt ook al de werking van een geneeskrachtig kruid: precies goed is veilig, terwijl teveel dodelijk kan zijn. Het tweede deel, pallens, is een vervorming van het Latijnse woord pullus, wat 'dons' kan betekenen en de haartjes probeert te beschrijven.

De bladeren en bloemen leveren een essentiële olie die nogal beroemd is in wereld van de parfum. Weleda, een producent van natuurlijke cosmetica, beschrijft de geur aldus: de krachtige, warme geur van davana brengt je naar tropische gebieden en wekt creatieve energie op. Volslagen onzin natuurlijk, maar je moet toch wat verzinnen om je producten aan de man te brengen. Wat wel waar is, is dat de olie van davana boordevol geurende chemische stofjes zit en een rijke, fruitige geur bezit met op de achtergrond een beetje houtig aroma. Bovendien heeft deze olie de eigenschap dat het bij iedereen anders kan ruiken.

Als bijna alle olie uit de plant is geperst blijft er nog voldoende over om de restanten te gebruiken in een boeketten met droogbloemen. Overigens bevat de plant ook een stofje met de naam artesunate, dat dodelijk is voor parasitaire wormen en voor de Plasmodium parasiet die malaria veroorzaakt[1].

[1] Pala et al: Enhanced production of an anti-malarial compound artesunate by hairy root cultures and phytochemical analysis of Artemisia pallens Wall. in Biotech – 2016

Geen opmerkingen:

Een reactie posten