De anijsplant (Pimpinella anisum) komt in het wild voor in een aantal landen rondom de Middellandse Zee en westelijk Azië. Het is een echt Oriëntaalse specerij met een smaak die wat doet denken aan drop. Ook de aromatische kruiden en specerijen koriander, venkel, dille en karwij zijn familieleden van de anijs. Heel vroeger was anijs zo kostbaar dat toenmalige regeringen het dankbaar als betaalmiddel accepteerden om de belasting te voldoen. Dat was vroeger.
Hoewel de planten vrijwel gelijk ruiken en smaken, is de anijsplant is uiteraard weer geen familie van de Chinese steranijs (Illicium verum) of de giftige Japanse steranijs (Illicium anisatum). Was het leven maar zo eenvoudig.
Het eerste deel van de wetenschappelijke naam, Pimpinella, is al oeroud en daardoor is de etymologie onzeker. Vermoedelijk is de herkomst in het Latijn te vinden waar bipinella een verkleinwoord is van bipennis en zoiets betekende als 'tweevleugelig'. Het verklaarde de veerachtige vorm van de bladeren van de anijsplant. Het tweede deel, anisum, is afkomstig van het Griekse woord anison, maar daar loopt het taalkundige spoor schijnbaar dood. Maar omdat er in de oudheid nogal wat verwarring was over dille en anijs (ze zijn immers familieleden) kunnen we stellen dat anison afgeleid is van aneton (dille) en anetos betekent 'ontspannen', 'slap' of 'los'. Dat past precies bij de oorsprong van het woord 'dille' want dat stamt uit het oud-Noors. Dylle of dilla betekende 'kalmeren' of 'sussen'. Zowel anijs als dille zijn werkzaam tegen maagklachten en darmkrampen.
Vroeger was de grens tussen voedsel en geneesmiddel maar flinterdun. Anijs bevat de etherische olie anethol en in de wereld van de volksgeneeskunst is deze olie een uitstekend middel tegen bronchitis en hoest.
Tegenwoordig is anijs nog steeds een perfecte smaakmaker in allerhande Mediterrane gerechten, waar het bijvoorbeeld in vissoepen, pastasauzen, snoep, koekjes, puddingen en andere desserts toegepast wordt. Ook wordt anijs toegevoegd aan verscheidene gebakken producten zoals een Marokkaans brood met de naam khboz, dat voor de Joodse sjabbat wordt gebruikt. Eenzelfde gebruik treffen we in Italië aan waar il bollo wordt gebakken aan de vooravond van jom kippoer ofwel de grote verzoendag.
Maar de meest bekende toepassing van anijs is natuurlijk als smaakmaker voor allerlei sterke dranken. In het hele Middellandse Zee-gebied kun je van sterke borrels genieten die op smaak gebracht zijn met anijs. Wie kent niet de de arak in het gehele Midden-Oosten, de Griekse ouzo, de Turkse raki of de Franse pastis. Zelfs de Marokkanen blijven deze keer niet achter want zij hebben een alcoholische drank gestookt van anijs en vijgen met de naam mahia (levenswater).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten