Komijn

Komijn is het gedroogde zaad van een kruid met dezelfde naam (Cuminum cyminum), een lid van de grote familie der schermbloemigen (Umbelliferae), selderij, karwij, venkel en peterselie toe behoren. Het kruid is inheems in grote delen van Azië, ruwweg vanaf de oostelijke Mediterrane wereld tot aan India. Komijnzaden hebben acht ribbeltjes die dienen als kanalen voor olie. De geurige zaden - ieder zaadje zit verborgen in een kleine vrucht van slechts 5 mm lang - worden in vele nationale keukens gebruikt. Ook in Nederlands-Indië was het, onder de naam djinten, een veel in gerechten toegepaste specerij.

De komijnplant is een eenjarige en groeit tot een hoogte van 50 centimeter op. In de zomermaanden bloeit de komijnplant met witte of roze bloemetjes in bloemschermen.
Het eerste deel van de wetenschappelijke naam, Cuminum, is geleend uit het oude Grieks, waar kyminon (κύμινον), dat op zijn beurt al bekend was als ku-mi-no in het zogenaamde Lineair B, een soort proto-Grieks. Omdat komijn uit Azië afkomstig is, is het logisch dat we naar het Hebreeuws kijken voor een verwante term en die is er: kammon (כמן), wat op zijn beurt is afgeleid van kâmus ('verborgen'). Het verklaart het piepkleine zaadje. Het tweede deel, cyminum, is simpelweg de Griekse versie van de Latijnse vorm Cumninum.

Het aroma van komijnzaadjes is zeer herkenbaar, sterk aromatisch, nootachtig, warm en met een bittere smaak, die vrijwel verdwijnt bij roosteren of bij het meebraden. Komijn is iets minder sterk van smaak, minder scherp dan het het verwante karwijzaad. In ons land is komijn vooral bekend doordat het smaak geeft aan de bekende komijnekaas, ook wel Leidse kaas genoemd. De Friezen houden van nog pittiger smaken en zij hebben de nagelkaas met kruidnagelen.

Komijn is ook licht antibacterieel, een eigenschap die de oude Egyptenaren niet was ontgaan, want zij gebruikten een extract van komijn bij het mummificeren van hun overleden farao's. Archeologisch onderzoek in Egypte heeft aangetoond dat komijn al in de 16de eeuw vC werd gebruikt.

Van komijn is bekend dat het eetlustopwekkend is en de spijsvertering bevorderen kan. Sommigen geloven dat het consumeren van komijn kan helpen bij een heel scala aan gezondheidsproblemen, waaronder diarree en menstruatieproblemen. Ook werd gedacht dat het kon werken als een afrodisiacum, een middel om 'het sexueel functioneren te verbeteren'. De wetenschap heeft komijn onderzocht en men heeft geen enkel bewijs voor de werking bij gezondheidsproblemen kunnen vinden. Ook niet voor het gemis aan je gevoelens van passie. Maar het is wel lekker in je oosterse maaltijden. Dat maakt veel goed.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten